Wandelknobbel

02/03/2021

Japans leren, cactussen kweken of koken volgens het alfabet… In deze tijd ontplooien we massaal onvermoede talenten. Ook ik ben iets bijzonders gaan doen: wandelen! Dat klinkt heel gewoontjes. Iedereen wandelt. Maar voor mij is het een openbaring, omdat ik het in mijn eentje doe. Als ik tot voor kort op pad ging, was dat met openbaar vervoer of taxi. Of ik maakte een tandemtocht met een fietsmaatje. Nooit kon ik spontaan de deur uit stappen als ik dat wilde. Met wandelen kan dat wel! Op mijn eigen moment vertrekken en met niemand hoeven overleggen over de lengte en de richting van de wandeling. Heerlijk! Waarom doe ik het dan nu pas? Ik dacht eerder dat ik het niet kon en vond het dus verschrikkelijk!

"Voor een blinde is de wereld niet groter dan de lengte van zijn armen", wordt wel gezegd. Het is minder zwart-wit: je gehoor heeft natuurlijk wel een groter bereik, maar het vertelt je niet of je op die t-splitsing links- of rechtsaf moet slaan. Dat moet je domweg onthouden. En als iets op je route anders is dan normaal, dan kan het gebeuren dat je maar vijftig centimeter af staat van dat steegje waar je in moet… en toch hopeloos verdwaalt. Wandelen in mijn eentje heb ik dus nooit als ontspannend ervaren.

Ik weet het nog goed: wat vond ik het een kluif om als kersverse brugpieper de route naar de nieuwe school te leren. Ik moest van huis naar de bushalte lopen, daar optijd staan en aan de chauffeur vragen om me bij de juiste halte te waarschuwen (een omroepinstallatie was er toen nog niet in de bus). Dat vergat ik regelmatig. Meermaals leidde dit tot woedende tirades van leraren en zelfs een keer tot een gemist wiskundeproefwerk, omdat ik uren te laat op school kwam. En was ik daar eindelijk aangeland, dan moest ik nog de juiste lokalen vinden. En dat alles puur op geheugen.

In mijn eentje een traject aanleren en afleggen vereist gigantisch veel concentratie. Daarom deed ik dat alleen als ik er niet onderuit kon, zoals de route naar de middelbare school. Mijn moeder leerde mij die heel praktisch aan, aan de hand van herkenningspunten onderweg. Ze had, of nam, er echter te weinig tijd voor. Ik moest het allemaal snel snappen en onthouden. Juist door die druk vergat ik alles en liep constant te stuntelen. Dat maakte mijn moeder alleen maar bozer. Daardoor kreeg ik een hekel aan nieuwe routes leren en vermeed dat dus zoveel mogelijk.

Op een dag zei mijn lief: "Zou het niet heerlijk zijn als jij ook kan wandelen als ik er eens niet ben?" Na enig gesputter liet ik me overhalen om met hem routes te oefenen in het park vlakbij ons huis. Wat een verademing! Deze "mobilieteitstrainer" viel niet gefrustreerd uit als ik voor de tiende keer op dezelfde plek verdwaalde. Hij legde het geduldig nog eens uit en zei bemoedigend: "Het gaat niet fout, het gaat anders". Soms zweeg hij als ik het verkeerde paadje in sloeg: om me te laten ontdekken hoe het niet moest, om me de kans te geven de juiste weg terug te vinden en om me dan heel trots te voelen. Gelukkig greep hij wel net optijd in toen ik op een bankje wilde uitrusten en bijna op de schoot van een oude heer plofte. Het duurde even voordat ik ook zelf geloofde dat ik niet slecht ben in routes onthouden en het juiste pad terugvinden als het "anders" gaat. Nog wat later begon ik het zelfs leuk te vinden.

Inmiddels ken ik vier routes. Helemaal ontspannen loop ik niet. Alleen al het voortdurend zwaaien met mijn stok is vermoeiend, om nog maar te zwijgen van de stress die het oplevert als ik onverwacht in een glibberige modderplas stap, of door een fietser bijna van de sokken word gereden. Toch voel ik me rijk als ik op mijn eigen tijd de deur uitga, zelf bepaal welk rondje ik loop en waneer ik onderweg pauzeer. Vrolijk groet ik de voorbijgangers en geniet van de vogels die, net als ik, de lente in de lucht ruiken. Wat een vrijheid!

Wacht eens! Ik dacht ook altijd dat ik totaal geen wiskundeknobbel had. Maar nu ik wel degelijk in mijn eentje blijk te kunnen wandelen, en het nog leuk vind ook, kan ik misschien ook iets met wiskunde gaan doen. Hoewel… Met de lente in de lucht houd ik het toch liever bij wandelen. Bovendien vind ik het ontplooien van één onvermoed talent wel even uitdagend genoeg.