portret Charlotte Glorie  

Charlotte Glorie

luisterliedjes en conferences

voorpagina · biografie · de cd · concerten · gastenboek · columns . contact

31-10-2011
Terug?

Nederland heeft weer een heuse actiegroep, net als in de jaren zestig en zeventig, hoor ik een kordate meneer op de radio vertellen. Vier leden van deze club bezetten laatst de hofplaats in Den Haag met aan elkaar geketende rolstoelen om de politici bewust te maken van de impact die de bezuinigingen op o.a. de vervoersvergoeding heeft op het leven van mensen met een beperking. Ze noemen zich “Terug naar de bossen”, omdat ze vrezen dat we teruggaan naar de tijd waarin gebrekkigen werden opgeborgen in door nonnen bestierde instellingen, ver van de bewoonde wereld,

Ik hoor nog een flard van een nieuw item over het schrikbarende aantal onderwijzers met een burn-out, maar mijn gedachten dwalen af. Vogels fluiten om me heen en ik voel bosgrond onder mijn voeten. Ik vind mijn weg zelfstandig, want dit rondje om het gebouw, waar ik al twintig jaar woon, maak ik dagelijks. Zuster Maria was trots op me vandaag, want ik had weer een truitje voor de missie afgebreid. Daar is de zware voordeur al. Ik ga naar binnen. Nog even lezen op mijn kamertje, totdat de gong het avondmaal in de eetzaal aankondigt. Soms benijd ik mijn broers en zussen wel, omdat zij werken en gezinnen hebben, maar voor mij is dat niet weggelegd. Ik heb hier een goed leven. Meer kan ik als blinde nou eenmaal niet verwachten.

Zo’n rimpelloos bestaan, zonder grote zorgen of groot geluk, zonder ambities of verlangens, lijkt me lekker rustig, zeker na de afgelopen week… Ik heb me door een ouderraadsvergadering van Julia’s school heen geworsteld, waar allerlei stukken werden besproken die niet digitaal beschikbaar waren, waardoor ik niet mee kon lezen. Tot gek wordens toe heb ik geprobeerd mezelf wegwijs te maken op mijn nieuwe mobiele telefoon met spraakprogramma, maar zelfs bellen lukte niet, laat staan sms-en en internetten. Op weg vanaf een optreden miste ik de laatste intercity van Hengelo naar Apeldoorn en kwam dus met twee boemeltjes, die totaal niet op elkaar aansloten, uiteindelijk thuis na een nachtelijke reis van twee en een half uur.

Leven als een blinde van vijftig jaar geleden, het lijkt mij zo slecht nog niet, omdat er in praktische zin dan weinig van me gevraagd werd, maar vooral omdat mijn rol dan duidelijk zou zijn. Ik hoefde enkel tamelijk passief en liefst blijmoedig mijn lot te dragen. Tegenwoordig moet ik helemaal zelf uitvogelen hoe ik me wil profileren. Hoe veel energie wil ik steken in vrijwilligerswerk op de school van mijn kind? Hoe veel moeite ga ik doen om met alle snufjes op mijn hippe mobiel te leren omgaan? Wil ik koste wat kost zonder hulp naar mijn optredens reizen of zoek ik vrijwilligers die mij willen rijden? Ik heb geen duidelijk beeld van hoe een blinde zich moet gedragen en de buitenwereld ook niet. Dus zoek ik met vallen en opstaan mijn weg, waarbij ik soms keihard tegen mijn grenzen aan loop en soms onvermoede mogelijkheden ontdek. Boeiend, maar intens vermoeiend. Plotseling snap ik waarom veel onderwijzers een burn-out hebben. Ook die kampen met een onoverzichtelijke rolverdeling en verschuivende gezagsverhoudingen. Leerlingen plaatsen hen niet meer op een voetstuk en stellen alles ter discussie. Daarom moeten de onderwijzers zichzelf opnieuw uitvinden, net als de gehandicapten. Konden we maar terug naar de bossen, terug naar de duidelijkheid. 

De telefoon gaat. Iemand vraagt of ik voor een congres over doofblindheid een kleinkunstprogramma op maat wil maken. Natuurlijk wil ik dat! Julia stormt binnen. “Mam, wil je mijn Franse woordjes overhoren?” Ja hoor schat! Pling, een mailtje van de dominee: “Charlotte, wil je zondag in de viering komen zingen?” Ja, geweldig! Tja, een blinde buiten de bossen zijn is wel vermoeiend, maar bepaald niet saai. Ondanks alles kan en wil ik niet anders dan mijn eigen weg blijven zoeken, liefst vurig, zonder op te branden. Toch maar niet terug naar de bossen dus?   

 

Reacties: